Woorden uit les 9: lidwoorden (de/het/een)
- de komt voor mannelijke (m) en vrouwelijke (v) zelfstandig naamwoorden
- het komt voor onzijdige (o) zelfstandig naamwoorden
- Twijfel je of een woord de of het is, kies dan de want de meeste woorden zijn de woorden.
- de komt voor mensen (de moeder, de leraar) en werktitles (de tandarts, de bakker), maar er is één uitzondering —> het kind
- Gebruik altijd de bij meervoud —> het kind - de kinderen / het boek - de boeken
- Gebruik het bij verkleinwoorden, te herkennen aan -je/-tje/-pje aan het einde van een woord —> de jongen - het jongetje - de jongetjes
- een heeft twee betekenissen —> een of één
Engels | Nederlands |
the child | het kind |
the children | de kinderen |
the boy | de jongen |
the little boy | het (kleine) jongetje |
the little boys | de (kleine) jongetjes |
a boy | een jongen |
one boy | één jongen |