Leer Nederlands - les 43: beroepen

brandweer en ambulance Nederland

Veiligheidsdag 2014: demonstratie Arrestatieteam Politie Flevoland, Brandweer Regio Flevoland, Regionale Ambulance Voorziening Flevoland en SIGMA Flevoland. Credit: Flickr: H.Bos / CC BY-NC-SA 2.0 DEED

Get the SBS Audio app

Other ways to listen

In deze podcastserie leer je wekelijks in een paar minuten enkele Nederlandse woorden en zinnen. De lessen worden verzorgd door Joyce Diebels van Dutch with Joyce en zijn in het Engels. In deze aflevering bespreekt ze enkele veelvoorkomende en bekende beroepen.


Woorden en zinnen uit les 43: beroepen
EngelsNederlands
occupations(de) beroepen
doctor(de) dokter, (de) arts
The dokter helps people who are sick.De dokter helpt mensen die ziek zijn.
teacher(de) leraar (M) / lerares (V)
My mother is teacher on a primary school.Mijn moeder is lerares op de basisschool.
police officer(de) politeagent
The police officer ensures safety in the neighbourhood.De politieagent zorgt voor de veiligheid in de buurt.
nurse(de) verpleger (M) / verpleegster (V)
Nurses work hard in the hospital.Verpleegsters werken hard in het ziekenhuis.
firefighter (de) brandweerman
The firefighter extinhuises fires and saves people.De brandweer man blust branden en redt mensen.
chef / cook(de) kok
A good chef can make delicious dishes.Een goede kok kan heerlijke gerechten maken.
architect(de) architect
The architect designs buildings and houses.De architect ontwerpt gebouwen en huizen.
lawyer(de) advocaat
A lawyer helps people with legal issues.
Een advocaat helpt mensen met juridische problemen.
mechanic(de) monteur
The mechanic repairs cars and machines.De monteur repareert auto’s en machines.
pilot(de) piloot
The pilot flies aeroplanes to different destinations.De piloot vliegt vliegtuigen naar verschillende bestemmingen.
Klik hier voor meer informatie over Joyce van Dutch with Joyce.

Share