Leer Nederlands - les 31: gebouwen in de stad

Nederlandse wegwijzers op straat

Credit: Creative Commons CC0

Get the SBS Audio app

Other ways to listen

In deze podcastserie leer je wekelijks in een paar minuten enkele Nederlandse woorden en zinnen. De lessen worden verzorgd door leraar Nederlands Joyce Diebels van Dutch with Joyce en zijn in het Engels. In deze les maken we een toer langs belangrijke gebouwen in de stad.


Woorden en zinnen uit les 31: gebouwen in de stad
EngelsNederlands
city(de) stad
village / town(het) dorp
street
I'm walking in the street
(de) straat
Ik loop op straat OR Ik loop door de straat
supermarket(de) supermarkt
shop(de) winkel
restaurant(het) restaurant
coffee shop(het) café
bank(de) bank
museum(het) museum
library(de) bibliotheek
chemist(de) drogist
pharmacy(de) apotheek
church(de) kerk
police station(het) politiebureau
I buy groceries from the supermarket.
Ik koop boodschappen bij de boodschappen.
I'm getting shampoo at the chemist.Ik haal shampoo bij de drogist.
I get money from the ATM.Ik ga pinnen bij de bank.
Klik hier voor meer informatie over Joyce van Dutch with Joyce.

Share